Vaderlands trots

Vaderlands trots

Tot grote verontwaardiging van zuster Mashiach staan niet alle Nederlandse heiligen als verplichte gedachtenis op de liturgische kalender van elk bisdom. En ze heeft gelijk: de grootste eer van een land is toch dat onze landgenoten een voorbeeld zijn geweest van liefde tot God en tot de naaste en zelfs tot officiële heiligen van de Kerk zijn uitgeroepen?

Vorige week is er weer eentje ongemerkt voorbij gegaan die ik hier dus toch even tot zijn recht wil laten komen: de grote Tilburgse Petrus Donders. Hier is hij ongemerkt voorbij gegaan, maar in Suriname wordt zijn feest groots gevierd!

Onze heilige, ook liefkozend Peerke Donders genoemd, werd geboren op 27 oktober 1809 uit zo’n gezin waar ze de ene klap na de andere te verduren krijgen: ze waren straatarm, vader verloor in korte tijd drie keer zijn vrouw, onder wie de moeder van Peerke, en bovendien stierven een paar kinderen een vroegtijdige dood. Peerke moest meehelpen om aan de kost te komen. Hij werd thuiswever, maar hij wilde graag priester worden. Na lang wachten kreeg hij toen hij 22 jaar was, de kans om enkele lessen te volgen aan het kleinseminarie van Sint-Michielsgestel, terwijl hij als knecht de kost verdiende. Zo lukte het hem om stukje bij beetje het hele seminarie te doorlopen en werd hij op 5 juni 1841 te Oegstgeest priester gewijd. Kort daarna kwam de noodkreet van de bisschop van Suriname hem ter ore: of er edelmoedige priesters waren die hun pastorale zorg wilden wijden aan de Hollandse koloniën die zo geteisterd werden door tropische ziekten. Peerke was de enige die zich aanmeldde.

Op 16 september 1842 arriveerde hij in Paramaribo. Zijn werkterrein werd al gauw het oerwoud: omgeven door muskieten en allerhande ongedierte trok hij naar de dorpjes van mensen die als slaven van Afrika naar Suriname waren verscheept en nu van de plantages waren gevlucht tot diep in de oerwouden; hij besteedde ook zijn zorgen aan de Indianen, van wie vooral de Arrovacchi toegankelijk waren voor het evangelie.

Toch is Peerke Donders het beroemdst geworden om zijn werk in de melaatsenkolonie ‘Batavia’ een eind buiten Paramaribo. Aan deze eenzame, verstoten en vergeten mensen heeft hij de meeste toewijding besteed. Hij verzorgde de walgelijkste ziektegevallen, aanhoorde hun klachten en verhalen, probeerde ze op te beuren, en legde hun uit dat de zonde veel en veel erger is dan de melaatsheid.

Op 14 januari 1887 kwam er een eind aan dit heilige leven. Hem schijnt ooit gevraagd te zijn of hij nu meer van God hield of van de mensen. Zijn antwoord herinnerde aan het beroep dat hij ooit geleerd had: ‘Je vraagt toch ook niet aan een wever of de schering belangrijker is dan de inslag?’

Heilige Peerke Donders, bid voor ons.

M. Laetitia Dei

Delen

Zuster Maria Laetitia Dei is lid van de Dienaressen van de Heer en de Maagd van Matará.

Nieuwste overwegingen