Een profeet aanvaarden

jezus-in-de-woestijn-40-dagen-olv-ter-nood-heiloo

Vandaag brengt de liturgie ons naar de synagoge van Nazareth, de stad in Galilea waar Jezus als kind en jongeman opgroeide. De periode van ongeveer dertig jaar, dat Jezus in Nazareth opgroeide als zoon van de timmerman, is voor ons grotendeels verborgen. Dat verandert als de ongeveer dertigjarige Jezus in de Jordaan wordt gedoopt door Johannes de Doper en begint met zijn Openbaar Leven. Evenals Johannes de Doper, de laatste profeet van het Oude Testament, begint Jezus zijn zending met de oproep: “De tijd is vervuld en het Rijk Gods is nabij; bekeert u en gelooft in de Blijde Boodschap.” (Mc. 1,15). Als de mensen in de synagoge van Nazareth horen van de wijsheid waarmee Jezus spreekt en van de wonderen die Hij verricht, nemen zij daar aanstoot aan. In het evangelie volgens Lucas lezen we zelfs dat zij in blinde woede Jezus de stad uitdreven en probeerden Hem vanaf de berg waarop hun stad was gebouwd in de afgrond te storten. (Lc. 4,29)

Wat was er eigenlijk aan de hand? Het was niet zozeer dat de inwoners van Nazareth zich verzetten tegen het geloof in God. Zij kwamen tenslotte iedere zaterdag naar de synagoge om te luisteren naar het Woord van God en naar de uitleg die de rabbijnen daaraan gaven. Hun verzet richtte zich vooral tegen het nieuwe: dat God in Jezus zijn Zoon naar deze wereld heeft gestuurd om de zonden van zijn volk op zich te nemen en hen het eeuwig leven terug te geven. Zij konden niet aannemen dat in deze zoon van de timmerman nu ineens de aloude profetieën over de komende Messias in vervulling waren gegaan.

Verzet tegen nieuwe plannen van God, tegen nieuwe genadegaven van de heilige Geest, is niet alleen iets van de joden in Jezus’ tijd. Ook ons kan het overkomen, dat wij blijven steken bij het oude, vertrouwde, dat ons is overgeleverd, en dat ons geloofsleven beperkt blijft tot een cultureel verschijnsel, dat niet verkeerd is, maar waar op den duur weinig inhoud en inspiratie meer vanuit gaat. Daarom kent de geschiedenis van de Kerk telkens weer nieuwe impulsen van de heilige Geest om haar weer bij de les te houden. Denken wij maar aan de heilige Franciscus van Assisi (1180 – 1224) en vele, vele andere ordestichters en -stichteressen. De stichter van onze Congregatie van het Heilig Sacrament, de Franse priester, de heilige Pierre Julien Eymard (1811 – 1868), ontdekte in zijn tijd het Sacrament van de Eucharistie als middelpunt van waarheid en liefde, als inspiratiebron van natuurlijke en stabiele familieverbanden. Onze tijd kent vele nieuwe kerkelijke bewegingen en nieuwe gemeenschappen, die alle als authentieke genadegaven van de heilige Geest zijn erkend door de Kerk. Denken wij maar aan het Opus Dei, de Katholieke Charismatische Vernieuwing, de Focolare Beweging, de Neocatechumenale Weg, en vele andere. Deze authentieke genadegaven van de heilige Geest worden niet zelden, net als Jezus in de synagoge van Nazareth, beantwoord met verdachtmaking en afwijzing.

“Maar de wijsheid vindt rechtvaardiging in haar werken.” zal Jezus later antwoorden aan zijn gehoor als Hij hen een verwijt maakt dat zij Johannes de Doper noch Hemzelf willen erkennen op grond van hun louter menselijke overwegingen. (Mt. 11,16 – 19)

Pater Gerard Wijers s.s.s., Amsterdam

Delen

Lid van de congregatie van Sacramentijnen is pater Wijers woonachtig in de in Amsterdam bij de Begijnhof en assisteert heel regelmatig op het heiligdom.

Nieuwste overwegingen