Een levensreddende kralenkrans

in Overweging
Tijdens de algemene audiëntie op het Sint-Pietersplein in Rome op woensdag 24 september, heeft de Heilige Vader Leo XIV aan het begin van de maand oktober de 1,4 miljard katholieken wereldwijd opgeroepen om de rozenkrans te bidden. “Beste broeders en zusters, de maand oktober, die nu voor ons ligt, is in de Kerk op een bijzondere manier toegewijd aan de heilige Rozenkrans. Daarom nodig ik iedereen uit om in de komende maand elke dag de rozenkrans te bidden voor de vrede – persoonlijk, in het gezin en in de gemeenschap.” Vooral hier, in het heiligdom van Onze Lieve Vrouw ter Nood, willen wij deze oproep van de paus bijzonder ter harte nemen en de rozenkrans met nog meer trouw en liefde bidden.
Van generatie op generatie hebben de gelovigen intuïtief geweten dat ze in al hun noden toevlucht moeten zoeken bij die Vrouw en Moeder, aan wie God zelf de zorg voor zijn Zoon heeft toevertrouwd. Meer dan ooit hebben wij vandaag de hulp van de Moeder Gods nodig, in deze beangstigende en zorgwekkende tijd van enorme geestelijke en materiële verwording en verwarring. In een tijd van moderne afhankelijkheden en bijna onvermijdelijke invloeden van het kwaad – om nog te zwijgen van de vele oorlogen, vooral in het Heilig Land en in Oekraïne, die in hun escalatie zelfs het gevaar van een wereldoorlog met zich meebrengen. In Fatima heeft de Moeder Gods ons getoond hoe wij ons onder haar bescherming kunnen stellen en rampen en oorlogen kunnen afwenden. Haar geestelijke beschermende mantel is de toewijding aan haar Onbevlekt Hart, en haar reddingsboei, die zij de hele mensheid toewerpt, is de rozenkrans.
Pater Pio, die vaak “een levende rozenkrans” werd genoemd, schreef eens aan zijn geestelijk leidsman: “De macht van de duivel, die mij voortdurend aanvalt, is verschrikkelijk.” In deze strijd was de rozenkrans, die hij onafgebroken bad, zijn krachtigste wapen. In dit verband vertelde pater Pio eens over een droom: “Op een avond zat ik in het koor te bidden, toen ik plotseling werd opgeschrikt door luid geschreeuw. Het kwam van de overkant van het kerkplein. Ik ging naar het raam en zag een razende menigte, volledig buiten zinnen, die riep: ‘Weg met Jezus! Weg met pater Pio!’ Daarop trok ik mij terug en sprak met de Moeder Gods. Zij gaf mij een klein wapen, heel klein, zo klein zelfs dat je het zowat in je haar kon verstoppen. Ik ging terug naar het raam, liet het wapen zien en liet het voor de ogen van de menigte heen en weer bengelen. Daarop viel iedereen, alsof ze bewusteloos waren, tegen de grond. Ik trok mij weer terug in gebed, maar na enige tijd hoorde ik opnieuw stemmen aan de overkant van het plein. Toen ik weer naar buiten keek, zag ik een enorme menigte. Ik riep met luide stem: ‘Wie zijn jullie?’ En zij antwoordden: ‘Lang leve Jezus! Lang leve de Moeder van God! Lang leve pater Pio!’ – ‘O, jullie zijn mijn geestelijke kinderen’, antwoordde ik. ‘Bid altijd de rozenkrans, dan zal niemand jullie ook maar een haar kunnen krenken.’”
Op de vooravond van zijn sterven gaf pater Pio zijn geestelijke kinderen als testament mee: “Houd van de Moeder Gods en zorg dat zij bemind wordt. Bid altijd de rozenkrans!”
Pr. Martin Barta
Recent Sermons

Een verhaaltje voor het slapengaan
november 08, 2025

Kiezen voor Christus en zijn kruis
oktober 25, 2025

De geheimen van het licht
oktober 11, 2025

