Dagelijks Brood: Lezingen van de h. mis: 1e week van de Advent 2019

heilige-barbara-maagd-martelaar-olv-ter-nood-heiloo

(afbeelding: marteldood van sint Barbara)

Dagelijks Brood, lezingen van de dag is een klein boekje met de lezingen voor de heilige Mis van de dagen door de week. Zodat u, ook wanneer u op doordeweekse dagen naar de H. Mis gaat, de lezingen, het Woord van God, goed kunt volgen. De titel is ontleend aan een Italiaanse uitgave (Pane Quotidiano) van de gemeenschap Paus Johannes XXIII, gesticht door de dienaar Gods Don Oreste Benzi.

Dat het Woord van God u extra mag raken en voeden op deze wijze!

Dagelijks Brood, lezingen van de dag 2 – 7 december 2019

1e week van de Advent

U kunt deze week downloaden via deze link

Maandag 2 december – Jan van Ruusbroec

Eerste lezing (Jes. 4, 2-6)

Op die dag zal de loot van de Heer een luisterrijk sieraad zijn en wordt de vrucht van het land een heerlijke roem voor wie uit Israël behouden zijn gebleven. Dan zal het zo zijn, dat alle overlevenden in Sion, alle overgeblevenen in Jeruzalem heilig genoemd zullen worden, al diegenen, die ten leven in Jeruzalem zijn opgeschreven. Wanneer de Heer zal hebben weggewassen het vuil van de dochter Sion, wanneer Hij de bloedvlekken van Jeruzalem zal hebben weggespoeld door de adem van het gericht en de adem van de verwoesting, dan zal de Heer komen, en over heel de Sionsberg en over allen, die daar samenzijn zal Hij overdag een wolk van rook scheppen en een heldere vuurgloed ‘s nachts, en de Glorie van de Heer zal hen allen overdekken als een schutdak en een tent, schaduw gevend tegen de hitte van de dag en bescherming biedend tegen onweer en regen.

Tussenzang (Ps. 122/121)

Hoe blij was ik, toen men mij riep: wij trekken naar Gods huis!
Hoe blij was ik, toen men mij riep: wij trekken naar Gods huis! Nu mag mijn voet, Jeruzalem, uw poorten binnen treden.
Jeruzalem, ommuurde stad, zo dicht opeen gebouwd: naar U trekken de stammen op, de stammen van Gods volk.
Terwille van mijn broeders en mijn makkers wens ik u vrede toe; terwille van het huis van onze God bid ik voor u om zegen.

Vers voor het evangelie (Ps. 80, 4 /79, 4)

Alleluia. God van de heerscharen, richt ons weer op; lach ons weer toe en wij zullen gered zijn. Alleluia.

Evangelie (Mt. 8, 5-11)

In die tijd toen Jezus in Kafarnaüm aangekomen was, kwam een honderdman naar Hem toe, die zijn hulp inriep met de woorden: “Heer, mijn knecht ligt verlamd in mijn huis en lijdt vreselijk pijn.” Hij sprak tot hem: “Ik zal hem komen genezen.” Maar de honderdman antwoordde: “Heer, ik ben het niet waard, dat Gij onder mijn dak komt; maar een enkel woord van U is voldoende om mijn knecht te doen genezen. “Want al ben ik zelf een ondergeschikte, ik heb weer manschappen onder mij; en tot de een zeg ik: ga, en hij gaat; en tot een ander: kom, en hij komt; en aan mijn knecht: doe dit, en hij doet het.” Toen Jezus dit hoorde stond Hij verwonderd en zei tot hen die Hem volgden: “Voorwaar, Ik zeg u: Bij niemand in Israël heb Ik een zó groot geloof gevonden. Ik zeg u, dat velen uit het oosten en het westen zullen komen en met Abraham en Isaäk en Jakob zullen aanzitten in het Rijk der hemelen.”

Dinsdag 3 december – H. Franciscus Xaverius, priester

Eerste lezing (Jes. 11, 1-10)

In die dagen zal een twijg ontspruiten aan de stronk van Isaï, een scheut aan zijn wortels zal vruchten dragen. De geest van de Heer zal op hem rusten, de geest van wijsheid en verstand, de geest van raad en heldenmoed, de geest van liefde en vreze des Heren, en hij zal uitstralen deze vreze des Heren. Hij zal geen oordeel vellen naar uiterlijke schijn, geen uitspraak doen op basis van geruchten. De kleine luiden zal hij recht verschaffen, een eerlijk vonnis spreken over de geringsten der aarde, maar de uitbuiter zal hij striemen met de gesel van zijn mond, de boosdoener doden met de adem van zijn lippen. De rechtvaardigheid zal hem dienen tot gordel om het middel, de onkreukbaarheid tot band om de lenden. Dan huist de wolf bij het lam, vlijt de panter zich neer naast het geitje, grazen tezamen het kalf en het leeuwenjong, een kleuter kan ze weiden! Koe en berin hebben vriendschap gesloten, hun jongen liggen naast elkaar, en de leeuw vreet hooi met het rund. De zuigeling speelt bij het hol van de adder, en het kleine kind steekt zijn handje in het nest van de slang! Dan zondigt niemand meer, doet niemand meer kwaad op heel mijn heilige berg, maar zal de gehele aarde vervuld zijn met liefde tot God, zoals de zeebodem bedolven is onder het water. Op die dag zal de wortel van Isaï opgericht staan als banier voor de volken: alle naties zullen naar hem toestromen. En zijn troon zal luisterrijk zijn!

Tussenzang (Ps. 72 /71)

Rechtvaardigheid zal in zijn dagen ontbloeien, en welvaart alom tot het einde der maanden.
Mijn God, verleen de koning uw wijsheid, de koningszoon uw rechtvaardigheid. Hij moge uw volk rechtvaardig besturen, uw armen met billijkheid.
Rechtvaardigheid zal in zijn dagen ontbloeien, en welvaart alom tot het einde der maanden. Regeren zal hij van zee tot zee, vanaf de Rivier tot de grens van de aarde.
De arme die steun vraagt zal hij bevrijden, de ongelukkige zonder hulp. Hij zal zich ontfermen over misdeelden, de zwakken schenkt hij weer levensmoed.
Voor eeuwig blijve zijn naam geprezen, in ere zolang als er dagen zijn. Zijn naam zij een zegen voor alle stammen, bij alle volken met lof vermeld.

Vers voor het evangelie (Ps. 85,8/84,8)

Alleluia. Laat ons uw barmhartigheid zien, geef ons uw heil, o Heer. Alleluia.

Evangelie (Lc. 10, 21-24)

In die tijd jubelde Jezus het uit, vervuld van de heilige Geest, en Hij sprak: “Ik prijs U Vader, Heer van hemel en aarde, omdat Gij deze dingen verborgen gehouden hebt voor wijzen en verstandigen, maar ze hebt geopenbaard aan kinderen. Ja, Vader, zo heeft het U behaagd. Alles is Mij door mijn Vader in handen gegeven. Niemand weet wie de Zoon is tenzij de Vader; en wie de Vader is tenzij de Zoon en aan wie de Zoon Hem wil openbaren.” Daarop keerde Hij zich naar zijn leerlingen afzonderlijk en Hij zei tot hen: “Gelukkig de ogen die zien wat gij ziet. Ik zeg u: Vele profeten en koningen verlangden te zien wat gij ziet, maar zij hebben het niet gezien; en te horen wat gij hoort maar ze hebben het niet gehoord.”

Woensdag 4 december – H. Barbara, maagd en martelares; H. Johannes van Damascus, priester en kerkleraar

Eerste lezing (Jes. 25, 6-10a)

In die dagen zal de Heer der hemelse machten voor alle volkeren op deze berg een gastmaal aanrichten; een gastmaal van vette spijzen, een gastmaal van belegen wijnen: vette spijzen met merg bereid, belegen wijnen zuiver als kristal. Op deze berg zal Hij de sluier verscheuren, die ligt over alle volkeren en de doek die uitgespreid ligt over alle naties. De Heer zal voor immer de dood vernietigen; Hij zal de tranen van alle gezichten afwissen, en de schande van zijn volk wegnemen van heel het aardoppervlak. Want zo heeft de Heer besloten. Op die dag zal men zeggen: Dat is onze God op wie wij hoopten, Hij heeft ons gered; dit is de Heer op wie wij ons vertrouwen hadden gesteld: laat ons jubelen en ons verheugen in de redding, die Hij ons bracht. De hand van de Heer beschermt de berg Sion.

Tussenzang (Ps. 23/22)

Het huis van de Heer zal mijn woning zijn voor alle komende tijden.
De Heer is mijn herder, niets kom ik tekort; Hij laat mij weiden op groene velden. Hij brengt mij aan water, waar ik kan rusten, Hij geeft mij weer frisse moed.
Mijn schreden leidt Hij langs rechte paden omwille van zijn Naam. Al voert mijn weg door donkere kloven, ik vrees geen onheil waar Gij mij leidt. Uw stok en uw herdersstaf geven mij moed en vertrouwen.
Gij nodigt mij aan uw tafel tot ergernis van mijn bestrijders. Met olie zalft Gij mijn hoofd, mijn beker is overvol.
Voorspoed en zegen verlaten mij nooit elke dag van mijn leven. Het huis van de Heer zal mijn woning zijn voor alle komende tijden.

Vers voor het evangelie (Jes. 33, 22)

Alleluia. De Heer is onze rechter, wetgever en koning; Hij zal ons verlossen. Alleluia.

Evangelie (Mt. 15, 29-37)Donderdag 5 december

Eerste lezing (Jes. 26, 1-6)

Op die dag zal dit lied gezongen worden in het land van Juda: Een sterke stad is de onze, de bescherming van de Heer dient haar tot muur en wal. Opent de poorten en laat binnentrekken de rechtvaardige natie, die Hem trouw gebleven is. Die standvastig zijn van hart omringt Gij met uw vrede, want op U hebben zij hun vertrouwen gesteld. Vertrouw op de Heer voor immer en altijd, want de Heer is een rots, die de eeuwen trotseert. Hij vernedert die in de hoogte wonen. Hooggelegen vestingen haalt Hij naar beneden; Hij laat ze neerstorten in de diepte, Hij laat ze vallen in het stof. Ze worden door voeten vertrapt, de voeten van armen, de voeten van de zwakken.

Tussenzang (Ps. 118/117)

Gezegend die komt met de Naam van de Heer. Of: Alleluia.
Brengt dank aan de Heer, want Hij is genadig, eindeloos is zijn erbarmen! Beter is het te gaan tot de Heer, dan op een mens te vertrouwen; en beter is het te gaan tot de Heer, dan te vertrouwen op vorsten.
Maakt open de poort der gerechtigheid, daarbinnen wil ik de Heer gaan danken. Dit is de poort van de Heer, de vromen treden er binnen. Ik dank U, dat Gij mij hebt gehoord, dat Gij mij redding gebracht hebt.
Ach Heer, geef Gij ons uw heil, ach Heer, geef Gij ons voorspoed! Gezegend die komt met de Naam van de Heer; wij zegenen u uit het huis des Heren; de Heer is God, Hij verlicht ons.

Vers voor het evangelie (Jes. 40, 9-10)

Alleluia. Vreugdebode van Sion, verhef uw stem met kracht; zie, de Heer uw God zal komen met luister. Alleluia.

Evangelie (Mt 7, 21.24-27)

In die tijd zei Jezus tot zijn leerlingen: “Niet ieder die tot Mij zegt: Heer, Heer! zal binnengaan in het Koninkrijk der hemelen, maar hij die de wil doet van mijn Vader die in de hemel is. Ieder nu die deze woorden van Mij hoort en ernaar handelt, kan men vergelijken met een verstandig man, die zijn huis op rotsgrond bouwde. De regen viel neer, de bergstromen kwamen omlaag, de storm stak op en zij stortten zich op dat huis, maar het viel niet in, want het stond gegrondvest op de rots. Maar ieder die deze woorden van Mij hoort, doch er niet naar handelt, kan men vergelijken met een dwaas, die zijn huis bouwde op het zand. De regen viel neer, de bergstromen kwamen omlaag, de storm stak op en zij beukten dat huis, zodat het volledig verwoest werd.”

Vrijdag 6 december – H. Nicolaas, bisschop

Eerste lezing (Jes. 29, 17-24)

Zo spreekt de Heer: “Zie, nog een korte tijd, en de Libanon zal een boomgaard worden, en de boomgaard zal veranderen in een woud. Op die dag zullen de doven verstaan wat er voorgelezen wordt, na duisternis en nacht de ogen der blinden weer zien. De verdrukten zullen zich in de Heer verheugen, de armsten der mensen zich verblijden in Israëls Heilige. Want de tiran is weg, de spotter verdwenen, vernietigd allen die zinnen op kwaad, die anderen vals beschuldigen, de rechter valstrikken spannen in het gericht, en onschuldigen afschepen met leeg gepraat.” Daarom, zo spreekt de Heer, de God van Jakobs huis, Hij die Abraham bevrijdde: “Jakob zal niet meer beschaamd staan, zijn gezicht niet langer blozen. Bij het zien van zijn kinderen, het kroost dat Ik hem gaf, zullen zij mijn Naam verheerlijken, Jakobs Heilige prijzen, en ontzag hebben voor de God van Israël. Warhoofden komen tot inzicht, opstandigen tot rede.” Zo spreekt de almachtige Heer.

Tussenzang (Ps. 27/26)

De Heer is mijn licht en mijn leidsman.
De Heer is mijn licht en mijn leidsman, wie zou ik vrezen; de Heer is de schuts van mijn leven, voor wie zou ik bang zijn?
Eén ding slechts vraag ik de Heer, meer zal ik niet wensen: dat ik in Gods huis mag wonen zolang als ik leef.
Ik reken er op nog tijdens mijn leven de weldaden van de Heer te ervaren. Zie uit naar de Heer en houd dapper stand, wees moedig van hart en vertrouw op de Heer.

Vers voor het evangelie (Jes. 45, 8)

Alleluia. Dauwt hemelen, uit den hoge en laat de wolken gerechtigheid regenen! De aarde moet opengaan en het heil opschieten; de grond moet de gerechtigheid laten ontspruiten. Alleluia.

Evangelie (Mt. 9, 27-31)

In die tijd waren er twee blinden, die Jezus volgden en luid riepen: “Heb medelijden met ons, Zoon van David.” Toen Hij thuis gekomen was, kwamen de blinden naar Hem toe. Jezus sprak tot hen: “Gelooft gij dat Ik de macht bezit om dit te doen?” Zij antwoordden: “Zeker Heer.” Daarop raakte Hij hun ogen aan en zeide: “U geschiede naar uw geloof.” En hun ogen gingen open. Jezus vermaande hen op strenge toon: “Zorgt dat niemand dit te weten komt.” Maar eenmaal buiten verbreidden ze zijn faam in heel die streek.

Zaterdag 7 december – H. Ambrosius, bisschop en kerkleraar

Eerste lezing (Jes. 30, 19-21.23-26)

Zo spreekt de Heer, de heilige God van Israël: “Volk van Sion dat in Jeruzalem woont, gij zult niet langer wenen: De Heer zal u genadig zijn, zodra Hij uw geweeklaag hoort; Hij zal u antwoorden, zodra Hij uw geroep verneemt. Hij zal u het brood der verdrukking schenken en het water der nood. Uw leraar zal zich niet langer verbergen, uw ogen zullen de Leidsman zien. En uw oren zullen een stem achter u horen, die zegt: Dit is de weg, volg hem, waarheen hij u ook leidt. De Heer zal het laten regenen voor het zaad dat gij op uw akkers zaait; en het graan dat uw land voortbrengt zal voedzaam zijn en overvloedig. Op die dag zullen uw kudden grazen op onafzienbare weiden. En de ossen en de ezels, die uw land beploegen, zullen veevoer vreten met zout gemengd en met wan en gaffel gezuiverd. Van alle hoge bergen en alle hoge heuvels zal het water in beken naar beneden stromen, op de dag van de grote slachting, de dag dat de vestingen vallen. Dan zal het licht van de maan zijn als het licht van de zon, en het licht van de zon zal zeven keer zo sterk zijn op de dag dat de Heer de wonden van zijn volk verbindt en Hij de striemen geneest, die Hij geslagen heeft.”

Tussenzang (Ps. 147/146)

Gelukkig allen die de Heer verwachten (Jes. 30, 18) Of: Alleluia.

Prijst nu de Heer, het is goed Hem te loven, bezingt onze God, alle lof komt Hem toe. De Heer bouwt de stad Jeruzalem op, verzamelt Israël uit de verstrooiing.
Gebroken harten geneest Hij weer, Hij heelt alle bloedende wonden. Hij die het getal van de sterren kent en elk van hen roept bij zijn naam.
Verheven is Hij, onze Heer, en almachtig, zijn wijsheid is onbegrensd. De Heer verheft de vernederden, maar zondaars werpt Hij ter aarde.

Vers voor het evangelie (Jes. 55, 6)

Alleluia. Zoekt de Heer, nu Hij zich laat vinden; roept Hem aan, nu Hij nabij is. Alleluia.

Evangelie (Mt. 9, 35-10.1.5-8)

In die tijd ging Jezus rond door alle steden en dorpen, waar Hij onderricht gaf in hun synagogen en de Blijde Boodschap verkondigde van het Koninkrijk en alle ziekten en kwalen genas. Bij het zien van die menigte mensen werd Hij door medelijden bewogen, omdat ze afgetobd neerlagen als schapen zonder herder. Toen sprak Hij tot zijn leerlingen: “De oogst is wel groot, maar arbeiders zijn er weinig. Vraagt daarom de Heer van de oogst arbeiders te sturen om te oogsten.” Hij riep zijn twaalf leerlingen bij zich en gaf hun de macht om de onreine geesten uit te drijven en alle ziekten en kwalen te genezen. Deze twaalf zond Jezus uit met de opdracht: “Begeeft u niet onder de heidenen en gaat niet binnen in een stad van de Samaritanen; gij moet veeleer gaan naar de verloren schapen van het huis van Israël. Verkondigt op uw tocht: Het Koninkrijk der hemelen is nabij. Geneest zieken, wekt doden op, reinigt melaatsen en drijft duivels uit. Voor niets hebt gij ontvangen, voor niets moet gij geven.”

“Uw Woord is een lamp voor mijn voeten, een licht op mijn pad”(Psalm 119)

Dagelijks Brood is een uitgave van het heiligdom Onze Lieve Vrouw ter Nood
Giften voor het heiligdom zijn van harte welkom
via Ideal op onze doneerpagina
of IBAN NL42 RABO 0120 5023 99
t.n.v. Dioc. Heiligdom Onze Lieve Vrouw ter Nood.
Hartelijk dank voor uw gave.
Verdere info: www.olvternood.nl