Dagelijks Brood Lezingen van de dag: maandag t/m zaterdag 17 – 22 juni 2019

heilige-drie-eenheid-olv-ter-nood-heiloo

Dagelijks Brood, lezingen van de dag is een klein boekje met de lezingen voor de heilige Mis van de dagen door de week. Zodat u, ook wanneer u op doordeweekse dagen naar de H. Mis gaat, de lezingen, het Woord van God, goed kunt volgen. De titel is ontleend aan een Italiaanse uitgave (Pane Quotidiano) van de gemeenschap Paus Johannes XXIII, gesticht door de dienaar Gods Don Oreste Benzi.

Dat het Woord van God u extra mag raken en voeden op deze wijze!

Dagelijks Brood, lezingen van de dag: maandag t/m zaterdag 17 – 22 juni 2019
11e week van door het jaar

U kunt deze week downloaden via deze link

Maandag 17 juni

Eerste lezing (2 Kor. 6, 1-10)

Broeders en zusters, als Gods medewerkers sporen wij u aan: zorgt dat ge zijn genade niet tevergeefs ontvangt. Hij zegt immers: “Op de gunstige tijd heb Ik u verhoord, op de dag van het heil ben Ik u te hulp gekomen.” Nu is er die gunstige tijd, vandaag is het de dag van het heil. Wij geven niemand enige aanstoot om ons ambt niet in opspraak te brengen. In alle omstandigheden proberen wij ons te gedragen als dienaars van God door het standvastig verduren van ontberingen, nood en ellende, slagen, gevangenschap, oproer, oververmoeidheid, gebrek aan slaap, te weinig eten. Onze aanbeveling is: zuiverheid, inzicht, geduld, goedheid, een geest van heiligheid en ongeveinsde liefde, het woord van de waarheid, de kracht van God zelf. Wij strijden en verweren ons met geestelijke wapens. Eer en smaad, lof en laster zijn ons deel, wij zijn de bedriegers die de waarheid spreken, de onbekenden die iedereen kent, wij sterven, maar blijven leven, wij worden getuchtigd, maar niet terechtgesteld, wij treuren, maar zijn altijd blij, wij zijn berooid en maken velen rijk, haveloos, en de wereld is van ons…

Tussenzang (Ps. 98/97)

Refrein: Zijn weldaden deed de Heer ons kennen.
Zingt voor de Heer een nieuw gezang, omdat Hij wonderen deed. Zijn hand deed zich krachtig gelden, de macht van zijn heilige arm.
Zijn weldaden deed Hij ons kennen, de volkeren zijn gerechtigheid. Opnieuw bleek zijn goedheid en trouw ten gunste van Israëls huis.
Geheel de aarde aanschouwde wat onze God voor ons deed. Verheerlijkt de Heer, alle landen, weest blij, verheugt u en zingt.

Vers voor het evangelie (Joh. 8, 12)

Alleluia. Ik ben het licht der wereld, zegt de Heer, wie Mij volgt zal het licht des levens bezitten. Alleluia.

Evangelie (Mt. 5, 38-42)

In die tijd zei Jezus tot zijn leerlingen: “Gij hebt gehoord dat er gezegd is: Oog om oog, tand om tand. Maar Ik zeg u geen weerstand te bieden aan het onrecht, doch als iemand u op de rechterwang slaat, keert hem dan ook de andere toe. En als iemand u voor het gerecht wil dagen en uw onderkleed afnemen, laat hem dan ook het bovenkleed. En als iemand u vordert één mijl met hem te gaan, gaat er twee met hem. Geeft aan wie u vraagt en wendt u niet af als iemand van u lenen wil.”

Dinsdag 18 juni

Eerste lezing (2 Kor. 8, 1-9)

Broeders en zusters, wij willen u nu verhalen van de genade Gods, die aan de kerken van Macedonië is geschonken. Door verdrukkingen zwaar beproefd, verheugden zij zich bovenmate en hun bittere armoede werd overrijk in mildheid. Want zij hebben naar vermogen gegeven, ik moest eigenlijk zeggen bóven hun vermogen. Uit eigen beweging en met grote aandrang smeekten zij ons om de gunst deel te mogen nemen aan de ondersteuning van de heiligen. Zij gaven meer dan wij durfden hopen, zij gaven zichzelf, in de eerste plaats aan de Heer, maar dan ook, door Gods wil, aan ons. Hierdoor bemoedigd, hebben wij er bij Titus op aangedrongen ook dit liefdewerk, waarmee hij al eerder begonnen was bij u tot een goed einde te brengen. Welnu, gij munt reeds in zoveel opzichten uit in geloof, welsprekendheid, wetenschap, in ijver op alle gebied, in uw liefde voor ons, laat dan ook dit liefdewerk uitmuntend slagen! Ik zeg dit niet bij wijze van bevel, maar ik wil de echtheid van uw liefde toetsen aan de toewijding door anderen betoond. Want de liefdedaad van onze Heer Jezus Christus hoef ik u niet in herinnering te brengen: hoe Hij om uwentwil arm is geworden, terwijl Hij rijk was, opdat gij rijk zoudt worden door zijn armoede.

Tussenzang (Ps. 146/145)

Refrein: De Heer zal ik loven mijn leven lang. Of : Alleluia.
De Heer zal ik loven mijn leven lang, mijn God zal ik al mijn dagen bezingen. Gelukkig wie hulp zoekt bij Jakobs God, zijn hoop stelt op God de Heer, op Hem die hemel en aarde gemaakt heeft, de zee met al wat daar leeft.
De Heer doet altijd zijn woord gestand, verdrukten verschaft Hij recht. De Heer geeft brood aan wie honger heeft, gevangenen geeft Hij de vrijheid.
De ogen van blinden opent de Heer, gebrokenen richt Hij weer op. De Heer bemint de rechtvaardigen, de Heer behoedt de ontheemden.

Vers voor het evangelie (Joh. 10, 27)

Alleluia. Mijn schapen luisteren naar mijn stem, zegt de Heer, en Ik ken ze en zij volgen Mij. Alleluia.

Evangelie (Mt. 5, 43-48)

In die tijd zei Jezus tot zijn leerlingen: “Gij hebt gehoord dat er gezegd is: Gij zult uw naaste beminnen en uw vijand haten. Maar Ik zeg u: Bemint uw vijanden en bidt voor wie u vervolgen, opdat gij kinderen moogt worden van uw Vader in de hemel, die immers de zon laat opgaan over slechten en goeden en het laat regenen over rechtvaardigen en onrechtvaardigen. Want als gij bemint die u beminnen, wat voor recht op loon hebt gij dan? Doen de tollenaars niet hetzelfde? En als gij alleen uw broeder groet, wat voor buitengewoons doet gij dan? Doen de heidenen dat ook niet? Weest dus volmaakt, zoals uw Vader in de hemel volmaakt is.”

Woensdag 19 juni

Eerste lezing (2 Kor. 9, 6-11)

Broeders en zusters, bedenkt: wie karig zaait, zal karig oogsten; wie overvloedig zaait, zal overvloedig oogsten. Laat ieder wat hij in zijn hart besloten heeft ten uitvoer brengen, zonder pijn en zonder dwang, want God houdt van een blijmoedige gever. En God heeft de macht u met alle gaven te overstelpen, zodat gij, altijd in alle opzichten van al het nodige voorzien, nog ruimschoots overhoudt voor elk goed werk. Zo staat er ook geschreven: “Hij heeft overvloedig gegeven aan de armen, zijn milddadigheid zal immer blijven.” Hij die de zaaier zaad verschaft en voedsel om te eten, zal ook u zaaigoed verschaffen en het vermenigvuldigen en de oogst van uw milddadigheid doen gedijen. Zo wordt gij in ieder opzicht verrijkt en kunt gij alle soort vrijgevigheid beoefenen. En deze is op haar beurt, door onze bemiddeling, oorzaak van dankbetuiging aan God.

Tussenzang (Ps. 112/111)

Refrein: Gelukkig de man, die ontzag heeft voor God. Of: Alleluia.
Gelukkig de man, die ontzag heeft voor God, die vreugde vindt in zijn geboden. Zijn kroost zal machtig zijn in het land, gezegend zal zijn het geslacht van de vrome.
Welvaart en rijkdom sieren zijn huis, hij zal zijn gerechtigheid nooit verliezen. Hij is voor de vromen een licht in de nacht, weldadig, barmhartig, rechtvaardig.
Met mildheid deelt hij aan armen uit, hij zal zijn gerechtigheid nooit verliezen, zijn macht en zijn aanzien vermeerderen steeds.

Vers voor het evangelie (Joh. 14, 5)

Alleluia. Ik ben de weg, de waarheid en het leven, zegt de Heer, niemand komt tot de Vader, tenzij door Mij. Alleluia.

Evangelie (Mt. 6, 1-6.16-18)

In die tijd zei Jezus tot zijn leerlingen: “Denkt er om: beoefent uw gerechtigheid niet voor het oog van de mensen, om de aandacht te trekken, anders hebt gij geen recht op loon bij uw Vader, die in de hemel is. Wanneer gij dus een aalmoes geeft, bazuint het dan niet voor u uit, zoals de huichelaars doen in de synagoge en op straat, opdat zij door de mensen geprezen worden. Voorwaar, Ik zeg u: Zij hebben hun loon al ontvangen. Als gij een aalmoes geeft, laat uw linkerhand dan niet weten wat uw rechter doet, opdat uw aalmoes in het verborgene blijve, en uw Vader die in het verborgene ziet, zal het u vergelden. Wanneer gij bidt, gedraagt u dan niet als de schijnheiligen, die graag in de synagogen en op de hoeken van de straten staan te bidden om op te vallen bij de mensen. Voorwaar, Ik zeg u: Zij hebben hun loon al ontvangen! Maar als gij bidt, gaat dan in uw binnenkamer, sluit de deur achter u, en bidt tot uw Vader, die in het verborgene is, en uw Vader, die in het verborgene ziet, zal het u vergelden. Wanneer gij vast, zet dan geen somber gezicht, zoals de schijnheiligen, zij verstrakken hun gezicht om de mensen te tonen dat zij aan het vasten zijn. Voorwaar, Ik zeg u: Zij hebben hun loon al ontvangen. Maar als gij vast, zalft dan uw hoofd en wast uw gezicht om niet aan de mensen te laten zien dat gij vast, maar vast voor uw Vader, die in het verborgene is en uw Vader, die in het verborgene ziet, zal het u vergelden.”

Donderdag 20 juni – H. Aloysius van Gongaza

Eerste lezing (2 Kor. 11, 1-11)

Broeders en zusters, als gij maar een weinig dwaasheid van mij zoudt willen verdragen! Maar dat wilt gij wel. Gij weet toch dat mijn naijver voor u de naijver van God zelf is. Met uw enige bruidegom Christus heb ik u verloofd om u als een ongerepte maagd tot Hem te voeren. Maar soms vrees ik, dat gij u laat verleiden, zoals eertijds Eva door de sluwe slang werd bedrogen, en dat uw gedachten afdwalen van de trouw aan Christus. Als de eerste de beste een andere Jezus predikt dan wij gepredikt hebben, of u een andere geest of een ander evangelie brengt dan gij van ons hebt aanvaard, laat gij het u rustig aanpraten. Toch meen ik niet achter te staan bij die aartsapostelen! Al ben ik dan onbedreven in het spreken, kennis der waarheid heb ik genoeg, zoals ik u allen op allerlei wijzen heb getoond. Of heb ik er verkeerd aan gedaan, dat ik, om u te verheffen, mijzelf vernederde? Was het een zonde u het evangelie van God om niet te verkondigen? Andere gemeenten heb ik gebrandschat en van hen ondersteuning aangenomen om u van dienst te kunnen zijn. En toen ik bij u was en gebrek kreeg, ben ik niemand lastig gevallen. De broeders, die uit Macedonië kwamen, hebben in al mijn behoeften voorzien. In elk opzicht heb ik mij ervoor gewacht u tot last te zijn. En dat zal ook zo blijven. Zo zeker als de waarheid van Christus in mij is: ik zal mij die roem niet laten ontnemen in heel het land van Achaïa. Waarom? Omdat ik u niet liefheb? God weet wel beter.

Tussenzang (Ps. 111/110)

Refrein: Het werk van uw handen is goed en betrouwbaar, Heer. Of: Alleluia.
De Heer wil ik danken uit heel mijn hart, te midden der vromen, voor heel de gemeente. Geweldig is alles wat Hij verricht, de aandacht boeiend van elk die het nagaat.
Mildheid en majesteit spreekt uit zijn daden, eeuwig blijft Hij rechtvaardig en trouw. Wonderen deed Hij om nooit te vergeten, minzaam en liefdevol toont zich de Heer.
Het werk van zijn handen is goed en betrouwbaar, al wat Hij besluit staat onwrikbaar vast. Het blijft door de eeuwen en altijd van kracht, het is doordacht en rechtvaardig.

Vers voor het evangelie (Joh. 14, 23)

Als iemand Mij liefheeft, zal hij mijn woord onderhouden; mijn Vader zal hem liefhebben en Wij zullen tot hem komen. Alleluia.

Evangelie (Mt. 6, 7-15)

In die tijd zei Jezus tot zijn leerlingen: “Als gij bidt, gebruikt dan geen omhaal van woorden, zoals de heidenen, want deze menen dat zij door hun veelheid van woorden verhoring zullen vinden. Volgt hun voorbeeld dus niet na, want vóórdat gij Hem vraagt, weet uw Vader wat gij nodig hebt. Gij moet daarom zo bidden: Onze Vader die in de hemel zijt, uw Naam worde geheiligd, uw Rijk kome, uw wil geschiede op aarde zoals in de hemel. Geef ons heden ons dagelijks brood. En vergeef ons onze schulden, zoals ook wij vergeven hebben aan onze schuldenaren. En leid ons niet in bekoring, maar behoed ons voor het kwaad. Want als gij aan de mensen hun fouten vergeeft, zal uw hemelse Vader ook u vergeven, maar als gij niet vergeeft aan de mensen, zal ook uw hemelse Vader uw fouten niet vergeven.”

Vrijdag 21 juni

Eerste lezing (2 Kor. 11, 18.21b-30)

Broeders en zusters, als zovelen zich laten voorstaan op wereldse voorrechten, mag ik het ook. Maar als anderen het durven – nu komt de dwaasheid aan het woord – durf ik het ook. Zijn zij Hebreeën? Ik ook. Zijn zij Israëlieten? Ik ook. Zijn zij kinderen van Abraham? Ik ook. Zijn zij dienaren van Christus? Het lijkt waanzin: ik nog méér! Ik heb harder gezwoegd, ik heb langer gevangen gezeten, ik had veel meer slagen te verduren en doodsgevaren zonder tal. Vijfmaal kreeg ik van de Joden de veertig-min-één. Driemaal ben ik met stokken geslagen, éénmaal gestenigd. Driemaal heb ik schipbreuk geleden, eens een heel etmaal doorgebracht in volle zee. Altijd op reis, gevaren van rivieren en gevaren van rovers, gevaren van de kant van mijn eigen volk en van de heidenen, gevaren in steden en in de woestijn, gevaren op zee, gevaren te midden van valse broeders met zwoegen en tobben, veel slapeloze nachten, honger en dorst, vaak zonder eten, in koude en naaktheid. En afgezien van al het overige: dag in dag uit drukt mij de zorg voor al de gemeenten. Niemand is zwak of ik ben het ook. Niemand komt ten val of het grijpt me in de ziel. Als er toch geroemd moet worden, zal ik roemen op mijn zwakheid.

Tussenzang (Ps. 34/33)

Refrein: Naar vromen die roepen luistert de Heer en redt hen uit iedere nood.
De Heer zal ik prijzen iedere dag, zijn lof ligt mij steeds op de lippen. Mijn geest is fier op de gunst van de Heer, laat elk die het hoort zich verheugen.
Verheerlijkt de Heer te zamen met mij en laat ons eendrachtig zijn Naam vereren. Ik ging tot de Heer en Hij heeft mij verhoord, Hij heeft mij gered uit al wat ik vreesde.
Verlaat u op Hem, dan wordt ge gelukkig, want Hij stelt u niet teleur. Die roepen in nood, naar hen luistert de Heer en redt hen uit hun ellende.

Vers voor het evangelie (Joh. 15, 15b)

Alleluia. Ik heb u vrienden genoemd, zegt de Heer, want Ik heb u alles meegedeeld, wat Ik van de Vader heb gehoord. Alleluia.

Evangelie (Mt. 6, 19-23)

In die tijd zei Jezus tot zijn leerlingen: “Verzamelt u geen schatten op aarde, waar ze door mot en worm vergaan en waar dieven inbreken om te stelen, maar verzamelt u schatten in de hemel, waar ze niet door mot of worm vergaan en waar dieven niet inbreken om te stelen. Waar uw schat is, daar zal ook uw hart zijn. De lamp van het lichaam is het oog. Wanneer dus uw oog helder is, zal heel uw lichaam verlicht zijn. Is echter uw oog slecht, dan is heel uw lichaam duister. Indien dus zelfs uw innerlijk licht duister is, hoe erg zal dan de duisternis zijn!”

Zaterdag 22 juni

Eerste lezing (2 Kor. 12, 1-10)

Broeders en zusters, moet er geroemd worden? Het dient wel nergens toe, maar dan kom ik nu tot visioenen en openbaringen van de Heer. Ik ken een mens in Christus, die veertien jaar geleden, in het lichaam of buiten het lichaam – ik weet het niet, God weet het – die werd weggerukt naar de derde hemel. Van die mens weet ik dat hij, met het lichaam of zonder het lichaam – ik weet het niet, God weet het – dat hij werd weggerukt naar het paradijs en onzegbare woorden vernam, die geen mens mag uitspreken. Op zo iemand wil ik roemen. Voor mijzelf wil ik alleen roemen op mijn zwakheden. Zou ik werkelijk willen roemen, dan was ik geen dwaas, ik zou immers de waarheid zeggen. Maar daar zie ik van af, ik wil niet dat iemand mij meer toeschrijft dan wat hij van mij kan zien of horen. Ook is er – want anders zouden die buitengewone openbaringen mij verwaand kunnen maken – ook is er een doren in mijn vlees gestoken, als een bode van satan die mij moet afranselen. Tot driemaal toe heb ik de Heer aangeroepen, dat hij van mij zou weggaan. Maar de Heer antwoordde mij: “Je hebt genoeg aan mijn genade. Kracht wordt juist in zwakheid volkomen.” Dus zal ik het liefst van alles roemen op mijn zwakheden. Dan zal de kracht van Christus in mij wonen. Daarom lijd ik om Christus’ wil gaarne zwakheid, smaad, nood, vervolging en benauwdheid. Want als ik zwak ben, dan ben ik sterk.

Tussenzang (Ps. 34/33)

Refrein: Let op en bemerkt hoe genadig de Heer is.
De engel van God legt een schans om hen heen, om elk die God vreest te beschermen. Let op en bemerkt hoe genadig de Heer is, gelukkig is hij die zijn heil zoekt bij Hem.
Eerbiedigt de Heer, gij die Hem gewijd zijt, want wie Hem eerbiedigt lijdt nimmer gebrek. De rijken zijn arm en behoeftig geworden, die gaan tot de Heer komen nooit iets te kort.
Komt, kinderen, luistert naar wat ik u zeg, ik leer u de Heer te vrezen. Wie is er bij u die het leven liefheeft en dagen van voorspoed verlangt?

Vers voor het evangelie (Joh. 17, 17b.a)

Alleluia. Uw woord is waarheid, Heer, wijd ons U toe in de waarheid. Alleluia.

Evangelie (Mt. 6, 24-34)

In die tijd zei Jezus tot zijn leerlingen: “Niemand kan twee heren dienen: hij zal de een haten en de ander liefhebben, ofwel de een aanhangen en de ander verachten. Gij kunt niet God dienen èn de mammon. Daarom zeg Ik u: Weest niet bezorgd voor uw leven, wat ge zult eten of wat ge zult drinken, en ook niet voor uw lichaam, wat ge zult aantrekken. Is het leven niet méér dan het voedsel en het lichaam niet méér dan de kleding? Let eens op de vogels in de lucht: ze zaaien niet en maaien niet en verzamelen niet in schuren, maar uw hemelse Vader voedt ze. Zijt gij dan niet veel méér dan zij? Trouwens, wie van u is in staat met al zijn tobben aan zijn levensweg één el toe te voegen? En wat maakt gij u zorgen over kleding? Kijkt naar de leliën in het veld: hoe ze groeien. Ze arbeiden noch spinnen. Toch zeg Ik u: Zelfs Salomo in al zijn pracht was niet gekleed als een van hen. Als God nu het veldgewas, dat er vandaag nog staat en morgen in de oven wordt geworpen zó kleedt, hoeveel te meer dan u, kleingelovigen? Maakt u dus geen zorgen over de vraag wat zullen wij eten of wat zullen wij drinken of wat zullen wij aantrekken? Want dat alles jagen de heidenen na. Uw hemelse Vader weet wel dat gij al deze dingen nodig hebt. Maar zoekt eerst het Koninkrijk en zijn gerechtigheid dan zal dat alles u erbij gegeven worden. Maakt u dus niet bezorgd voor de dag van morgen, want de dag van morgen zorgt voor zichzelf. Elke dag heeft genoeg aan zijn eigen leed.”


“Uw Woord is een lamp voor mijn voeten, een licht op mijn pad”(Psalm 119)

Dagelijks Brood is een uitgave van het heiligdom Onze Lieve Vrouw ter Nood
Giften voor het heiligdom zijn van harte welkom
via Ideal op onze doneerpagina
of IBAN NL42 RABO 0120 5023 99
t.n.v. Dioc. Heiligdom Onze Lieve Vrouw ter Nood.
Hartelijk dank voor uw gave.
Verdere info: www.olvternood.nl